Blog
26 mei 2025 Door Anne Harmsen

De jonge mediator, blog 4 – “Mediation vraagt dat ik iedereen zie. Niet alleen wie lijdt, maar ook wie bijt.”

Ik ben Anne Harmsen (27), religiewetenschapper en deelnemer aan de Beroepsopleiding (Legal) Mediator. Zonder lange ervaring in het bedrijfsleven, maar met een diepe interesse in menselijke interactie en culturele verschillen, ontdek ik de cruciale rol van mediation. In deze reeks neem ik jullie mee. Dit is blog 4: de emotiedag.

Tijdens de Emotiedag van de beroepsopleiding begonnen we met een ogenschijnlijk simpele vraag: Wat heb je thuis geleerd over emoties? Wat je als kind meekrijgt over emoties — welke er mogen zijn en welke liever niet — vormt vaak nog steeds de ongeschreven regels in je volwassen leven. In je relaties. In je werk. En zeker ook in mediation. We bespraken de vier basisemoties: bang, boos, bedroefd, blij. Zo bekend, zo vanzelfsprekend, dat je bijna vergeet hoe fundamenteel ze zijn. In conflictsituaties vormen ze vaak de onderlaag van alles wat gezegd én verzwegen wordt.

Iemand boos? Fix het!

Voor mij draaide de dag vooral om boosheid. Verdriet kan ik prima verdragen, troosten is makkelijk. Maar het idee dat iemand boos op mij is — daar schiet ik van in de stress. Mijn hele systeem zegt dan: fix het. Leg uit. Wees vriendelijk. Haal de scherpe randjes eraf. Alles om de boosheid zo snel mogelijk te laten verdwijnen. Want boosheid, dat betekent voor mij: afstand, spanning, misschien wel afwijzing. Als mediator ben je niet vrij van dit soort reflexen. Je zit niet als neutrale robot aan tafel, je zit daar als mens, met je eigen geschiedenis, je eigen gevoeligheden. Ik leerde die dag over ‘tegenoverdracht’: iets wat in de ander zit dat jou raakt, waardoor je soms onbewust gaat handelen op basis van jouw verhaal, niet dat van de ander. Bij mij gebeurt dat dus bij boosheid. Iemand wordt fel, en ik ga verzachten of uitleggen. Alles om de sfeer te redden.

Medelijden maakt partijdig?

Stel je nu voor: ik zit in een mediation waarin één partij boos en fel is, en de ander langzaam wegkwijnt in verdriet. Wat gebeurt er dan in mij? Medelijden. Ik neig ertoe om degene met tranen op een voetstuk van kwetsbaarheid te zetten en degene met stemverheffing stiekem een beetje te temperen. Dit terwijl die boosheid óók iets wil vertellen. Iets urgents, iets echts. Alleen het schreeuwt wat harder dan verdriet. En daar krijg ik storing van. Eerlijk is eerlijk, mijn medelijden is niet altijd onschuldig. Het kan me, yikes, partijdig maken. Niet bewust of met opzet, maar als ik me te veel identificeer met degene die huilt, kan het zomaar zijn dat ik ga verzachten waar het eigenlijk even scherp moest blijven. Of dat ik de ‘boze’ partij niet meer echt zie, omdat ik met mijn aandacht al naar de tranen ben getrokken.

Tricky, want dan ben ik geen neutrale begeleider meer, maar een soort sentimentele lifecoach met een voorkeur voor zachte stemmen.

Wat ik me inmiddels realiseer: mediation vraagt dat ik iedereen zie. Niet alleen wie stilvalt, maar ook wie schreeuwt. Niet alleen wie lijdt, maar ook wie bijt. Want ook die laatste doet dat misschien uit onmacht. Dus ja, ik mag best geraakt worden, maar ik moet wel met twee voeten op de grond blijven. Ik ben er om ruimte te houden, ook als die ruimte ongemakkelijk is.

 

Anne volgt de Broepsopleiding (Legal) Mediator

Kom in contact

Heeft u vragen? Neem gerust contact met ons op

Wij komen graag met u in contact en antwoorden zo snel mogelijk, in ieder geval binnen drie werkdagen.

020 247 55 00 info@adrinstituut.nl

"*" geeft vereiste velden aan